Kristján Gudmundsson



Kristján Gudmundsson (fragmenten uit: Drawings to waterfalls)
Kristján Gudmundsson heeft vanaf 1970 voor decennia in Amsterdan gewoond. Hij was onder meer verbonden aan het In-out Center aan de Reguliersgracht. Samen met zijn broer Sigurdur Gudmundsson en Hreinn Fridfinnsson behoort hij tot de allereerste generatie IJslanders die het Nederlandse kunstleven mede een belangrijke impuls heeft gegeven. Hij behoort nu internationaal tot een van de belangrijkste vertegenwoordigers van de Conceptuele kunst, die hij samen met zijn twee collega´s uitbreidde met conceptuele poesie.

Voorbeelden van een conceptuele aanpak zijn de kunstenaarsboeken Sundays next century (Städtische Museum Abteiberg Mönchengladbach 1993) en Circles (klik op 'Circles' voor foto's) die als catalogus nr. 550 is uitgegeven bij de tentoonstelling in het Stedelijk Museum te Amsterdam in 1973/74. Een stencil bij deze tentoonstelling geeft van alle werken, inclusief de catalogus een beschrijving: 'Een vierkant boekje met drie bladzijden, die achtereenvolgens dun, dik en zeer dik zijn. Op iedere bladzijde zijn kringen in het water te zien. Zoals op de binnenkant van het omslag staat te lezen, zijn deze veroorzaakt door een steentje dat elke keer zo zwaar is als de bladzijde waarop de foto van het gebeuren is gereproduceerd. Wat er te zien is (de kringen) ligt op een blad dat hetzelfde gewicht heeft als het onzichtbare steentje'.

Kristján Gudmundsson is vooral bekend geworden door zijn innovatieve opvattingen over het begrip ´tekening´. Zijn tekeningen en sculpturen behouden een band met de sterk narratieve cultuur van IJsland, ze zijn subtiel en vaak niet van humor en ironie gespeend, zoals in het kunstenaarsboek Or (Beau Geste Press 1973). Hij ziet in schrijf- en tekenmateriaal een tekening a priori. Voor hem levert tekenmateriaal zélf met behulp van een logische ordening of minimalistische handeling al een tekening op. Een prachtig voorbeeld is het kunstenaarsboek Drawings to waterfalls (Uitgave bij de tentoonstelling in het Musée des Beaux Arts, Luzern en het Paleis voor Schone Kunsten, Brussel in 1975), waarin 3 tekeningen met Oost-Indische inkt van IJslandse rivieren zijn opgenomen.
 


Kristján Gudmundsson (fragmenten uit: Zonder titel 1974)
In tegenstelling tot de fundamentele schilderkunst staat niet het proces van het schilderen en tekenen centraal, maar de logica in zowel het beeld als de taal (verwerkt in een titel of concept). De toegevoegde informatie die de titels met zich meedragen bewerkstelligt een effect van begripsverandering en een daarmee samenhangende lichte verbazing; een toegevoegd feitelijk gegeven via een titel leidt tot een nieuw (conceptueel) beeld tijdens het kijkproces. Het staat dicht bij de eerder door Kristjan Gudmundsson toegepaste logica van oorzaak en gevolg. Ordeningen en handelingen lopen langs nauw omschreven werkwijzen, zoals mathematische lijnposities van horizontaal, verticaal en diagonaal, zoals in het kunstenaarsboek Zonder titel als uitgave bij de tentoonstelling in het Frans Hals Museum in 1974. Deze bestaat uit tekeningen van twee verticale lijnen en één horizontale lijn. De linker verticale lijn wordt hierin naar rechts geschoven. Met het gevolg dat de kijker voortdurend op een verkeerd been wordt gezet, als het gaat over hoe de dingen aan ons verschijnen en hoe door middel van een logisch gevolg van een uitgevoerd concept naar een onontkoombaar noodzakelijk beeld kan leiden (bron: Galerie van Gelder).

Andere kunstenaarsboeken zijn:
 
Once arround the sun (points = seconds) (Silver press Reykjavik/Amsterdam 1975 oplage 150 gen./ges.)
Lignes plus rapides et plus lentes (onderdeel tentoonstelling: Ça va? Ça va, 4 constats islandais, Musée National d'Art Moderne/Centre National d'Art et de Culture Georges Pompidou, Paris 1977)
Once around the sun (Ottenhausen Verlag, Aachen 1982)
Stars in Latin (Vossforlag Amsterdam 1987)

Kristján Gudmundsson (fragment uit:
Sundays next century 1993)

The dates of all the Sundays of this century
published for the remaining (at date of publication)
seven years before the millennium.

Ulay maakte zichzelf tot onderwerp


Ulay uitnodiging: 'namen, uiterlijkheden, personenruil' 1975
De Duitser Ulay, pseudoniem van Uwe F. Laysiepen, verzorgt in de jaren zeventig performances, vaak zonder publiek en vastgelegd met een polaroidcamera. In 1968 ging Ulay weg uit Duitsland, een voor hem onverdraagzame, vermaterialiseerde samenleving. Hij zocht zijn heil in Amsterdam en maakte zichzelf tot onderwerp. Dit leverde vaak schokkende en obscure beelden op. Centraal staan thema's als identiteit en vervreemding, waaraan hij onder meer vormgeeft door gedaanteveranderingen van zichzelf tot vrouw te fotograferen. Zijn compromisloze en vaak controversiële werk, zoals de fotoregistraties van het operatief verwijderen van een stukje huid uit de onderarm, sluit aan bij dat van Abramovic, met wie hij tussen 1976 en 1988 leeft en werkt. Ook in deze periode vervaardigt hij fotowerken. Ulay: 'Fotografie bevriest een moment in minder dan een 10e deel van een seconde en laat ons dus zien wat we niet kunnen waarnemen. Ik beschouw fotografie als een geweldig aanvullend instrument voor onze visuele waarneming'. Op de vraag aan welke van de beide artistieke vormen, performance of fotografie, hij de voorkeur geeft, antwoordde hij ooit: 'Performance is het leven zelf, fotografie is mijn waarneming van dit leven. Met andere woorden, performance is primaire werkelijkheid, en fotografie is het als werkelijkheid gepresenteerde of zichtbaar gemaakte primaire leven'.

Ulay 'man-vrouw' (bijdrage Transit: 'Mirror / Spiegel / Miroir' 1975-76;
tentoongesteld in Seriaal Amsterdam 1974)
In de periode rond 1974 deed Ulay onderzoek naar de mannelijke en vrouwelijke identiteit door geslachtsverwisseling in de travestie. Hij leefde in een pand dat uitgegroeid was tot een belangrijk ontmoetingscentrum voor travestieten in Amsterdam. De foto's, in dit geval polaroidfoto's die hij in de beslotenheid van deze wereld maakte, hadden een zeer intiem karakter. De reacties op zijn tentoonstelling in Galerie Seriaal Amsterdam waren onbarmhartig. Ulay besloot dat hij in de nabije toekomst geen tentoonstelling meer wilde maken in het commerciële kunstcircuit. Hij kon de kwetsbaarheid en intimiteit die in zijn foto's gelegd waren, niet blootstellen aan de genadeloosheid van de professionele blikken van een kunstminnend publiek (uit: De Appel van Marga van Mechelen 2006).

Een accent op zelfverwezenlijking van het individu is een vorm van performance kunst en wordt ook wel Body Art genoemd. Er wordt onderzoek gedaan naar 'identiteit' en naar de externe factoren die daar invloed op uitoefenen. Men streeft naar vrijheid, bewustzijnsverruiming en spiritualiteit na door het uitspelen van innerlijke conflicten en trauma's, door zelf- en relatieonderzoek en door het doorbreken van lichamelijke taboes. Belangrijke thema's zijn dan ook seksualiteit, lichamelijkheid, angst, eenzaamheid, pijn en schaamte. Vooral androgynie, bi- en transseksualiteit en travestie blijken in belangrijke mate onderzoek naar identiteit mogelijk te maken; werk in deze sfeer wordt wel met transformation art aangeduid. Zie ook de kunstenaars Urs Lüthi en Wally Stevens. In de jaren zeventig werkte Ulay wel samen met Lüthi, bijvoorbeeld in De Appel Amsterdam: Keine Möglichkeit 2 Platzwunden (1975). Ook de Duitser Jürgen Klauke, de Zwitser Luciano Castelli en de Italiaan Luigi Ontani horen in dit rijtje thuis.

In 1975 was in Galerie 't Venster in Rotterdam een performance van Ulay getiteld 'namen, uiterlijkheden, personenruil'. De polaroids van deze performance werden vervolgens tentoongesteld. Een gedeelte van deze polaroids zijn uitgegeven: Phase white echo. T.B. SHEETS. Ulay 1976 plus (zes ansichtkaarten van polaroid's, Brummense uitgeverij van luxe werkjes 1975). Deze uitgave was ook onderdeel van de Transit publicatie van Maarten Beks: Taal, Beeld, Taal.
Phase white echo. T.B. SHEETS. Ulay 1976 plus
Phase white echo. T.B. SHEETS. Ulay 1976 plus

Phase white echo. T.B. SHEETS. Ulay 1976 plus

Kunst per post : mail art

G.J. de Rook (omslag Mail art : kunst per post)
Mail art is de term voor kunstwerken die vanaf het begin jaren zestig (Ray Johnson 1962 en fluxuskunstenaars) wereldwijd per post worden verzonden. Mail art kunstenaars sturen elkaar ansichtkaarten, brieven, fotokopieen, telegrammen, faxen, collages, tekeningen, kunstenaarsboeken, tijdschriften, foto's, objecten, cassettes, dia's en videobanden. Meestal worden elementen van het frankerings- of verzendingsproces geintegreerd in het kunstwerk: ook zelfgemaakte postzegels en stempels behoren tot de mail art. Naast de post wordt voor verzending ook gebruik gemaakt van de telefoon, telex, fax of modem. De beoefenaars van mail art beklemtonen vooral het collectief-communicatieve en alternatieve karakter. Mail art zou a-commercieel en multi-cultureel zijn en geen 'voorgeschreven' esthetiek en selectiecommissies kennen; iedereen kan dus deelnemen aan mail art. Mail art is ontstaan als reactie op de gangbare overtuiging dat 'kunst alleen te koop is door mensen met kapitaal' en 'kunst alleen kan worden tentoongesteld in musea of galerijen'. Een mail-artist mijdt de officiële kunstwereld en regelt alles zelf. Ideeën zoals 'Iedereen kan een kunstenaar zijn' en 'kunst moet door iedereen kunnen beoefend worden' vormen de basis van deze postkunst (uit: Kunst van nu 1995).

herman de vries (uit: Mail art : kunst per post)
'Postale kunst is geen kunst. Tenminste niet wat de mensen als kunst beschouwen. Er zijn geen speciale vaardigheden voor nodig, noch zijn de kunstenaars die het maken intelligenter of gevoeliger dan andere mensen. Om postale kunst te maken heeft men niets nodig en men produceert ook niets, dat wil zeggen er worden geen kunstwerken als objecten geproduceerd. Het maximale resultaat ervan is zoiets als kunstgevoeligheid. De werken die u op deze tentoonstelling kunst zien hebben geen artistieke waarde op zich: ze zijn tot in het oneindige herhaalbaar en alle resultaten zijn even goed. Het is de gedachte achter de werken die ze belangrijk maakt (ze zijn overblijfsels van de gedachten/akties erachter: het idee heeft dit resultaat nodig als de 'voltrekking' ervan). Het is deze 'mentaliteit voor kunst' die de belangrijkste boodschap van postale kunst is' (uit: kunstenaarsboek Mail art : kunst per post van G.J. De Rook. Uitgave bij de gelijknamige tentoonstelling in 1977).




Fragmenten uit: Mail art : kunst per post
'Mail-Art is niet beperkt tot de officiële postale systemen. Brieven in flessen, brieven aan gasballons of in ruimtevaartuigen bestemd voor andere werelden; schrijven in de lucht met uitlaatrook van vliegtuigen; uitzending van boodschappen tussen Afrikaanse stammen met tamtam of telegrafie; het zijn allemaal weer andere soorten van correspondentie, die op verschillende wijze worden toegepast. Het 'specifieke' gebruik van deze media is wellicht bepaald door de wijze waarop ze worden toegepast. Dit is wat Mail-Art zijn eigen karakter geeft' (Guy Bleus).


Pier van Dijk (fragmenten uit: 'a white sheet of paper,
internationaal mail-art project van Pier van Dijk 1982)
Mail art is nauwelijks opgenomen in het reguliere expositiecircuit, maar kent niettemin een zeer bloeiend bestaan met vele beoefenaars. De meesten van hen zijn onbekend buiten de kring van de deelnemers zelf, met uitzondering van Guy Bleus - die tevens een omvangrijk mail art-archief beheert -, Luc Fierens - die vanaf 1987 wordt gezien binnen Vlaanderen als de gangmaker sinds Paul de Vree van de visuele poëzie -, Ko de Jonge - curator van het mail art project wALLofsmALLart en organisator ARTisSTARTplus (archief met kunstenaarsboekjes), Pier van Dijk/Robert Joseph en Rod Summers. Ook Bas Jan Ader, Sjoerd Buisman, Jan Dibbets, Ad Gerritsen en vele anderen verzenden vanaf de tweede helft van de jaren zestig kunstwerken per post. Vaak zijn dit aankondigingen van tentoonstellingen. Veel voorbeelden zijn te zien op Collectie Gelderland. Een actuele lijst met kunstenaars is te raadplegen op Mail Artists Index.

In Mail Art is de code 'wat je verstuurt wordt eigendom van de ontvanger'. De ontvanger van Mail Art voelt wel de verplichting iets terug te sturen. De producten worden niet verkocht aan particulieren. Er worden archieven aangelegd en opgebouwd zowel bij de Mail Art kunstenaar als bij culturele centra en musea. Ook het Van Abbemuseum heeft een archief met daarin een omvangrijke collectie Mail Art werken en kunstenaarsboeken: The Mail Art project.

Carrión stond bekend om zijn voortdurende activiteiten in diverse landen om aandacht te genereren voor het belang van kunstenaarsboeken en ook mail art. Vele ansichtkaarten die werden uitgewisseld met andere kunstenaars over de gehele wereld archiveerde hij als het aankwam per post. Een aantal hiervan is opgenomen in de verzameling van F.A. Bernett Books en is te raadplegen op Postcards from the Edge.

Uitgeverij Stempelplaats in Amsterdam gaf van 1978-1980 een tijdschrift over mail art projects uit: 'Rubber : maandelijks informatie bulletin over stempelwerk'. Deze zijn samengesteld door Aart van Barneveld. Binnen deze uitgave heeft Ulises Carrión twee nummers uitgebracht over mail art projects: a mail artproject: artists postage-stamps and cancellations stamps (vol.2 number 8, august 1978) en six mailart projects met Ulises Carriòn, ned.; Leonhard Frank Duch, Brasil; Johan van Geluwe, Belgium; Ko de Jonge, Ned.; Herman Gruber, Austria; Pawel Petasz, Poland; Robert Rehfeld, DDR (vol. 3 number 7/9, july/sept. 1980)

Een ander uitgave van uitgeverij Stempelplaats is Six mail art projects = zes post-kunst projecten uit 1980. Een catalogus bij de gelijknamige tentoonstelling in Amsterdam, Stempelplaats, juli 1980 (Rubber : maandelijks informatie bulletin over stempelwerk = a monthly bulletin of rubberstampwork Vol. 3, no. 7-9, juli-september 1980 Oplage 500). De foto's zijn gemaakt door John Liggens. 6 Projecten van 6 verschillende kunstenaars: Herman Gruber, Ulises Carrion, Paul Petasz I, Leonhard Frank Duch, Robert Rehfeldt en Ko de Jonge/Johan van Geluwe. Het communicatieproces is een formeel en onmisbaar bestanddeel van de kunstwerken.




Rod Summers (fragmenten uit: mail Project: Klaus Groh)
Een ander prachtig voorbeeld is het mail art project van Rod Summers. Dit is vastgelegd in het kunstenaarsboek mail Project (VEC Jan van Eyck Academie Maastricht 1974). In dit boek zet Summers zijn bedoelingen en redenen uiteen in een introductie: 'This mail project was begun in a rush of frustation. It became apparent that several pieces of mail despatched to me had become lost in transit, they included a desk diary sent from Wales, a cine film sent from England and a book from The I.A.C. in Germany. The manuscript of a book sent to the I.A.C. failed to arrive there, when I compleined at the Post Office I was informed that I should hire a postbox. I sent a numbered card and self adressed envelope to twentyfive people, selected either because of a normal correspondance or for geographical location. As an investigation into the mailing system the project results are vague. Those same results are more informative when taken in the context of human relationships.

Hetty Huisman CeragenetiCs

Wanneer je de kunstenaarsboeken bekijkt van Hetty Huisman dan zitten ze over het algemeen vol verwijzingen naar het vakgebied en de wereld van ceramiek. Ook taal speelt een belangrijke rol. Een onderzoek met ernst en humor. 'In mijn werk is komt de culturele strategie voort uit mijn persoonlijke leven, aldus hebben ook mijn boeken al naar gelang het talent van de lezer een doel. Mijn boeken zijn gelaagd door taal, geluid, materiaal betekenissen, op het eerste gezicht cryptisch en abstract' (Hetty Huisman september 2011).

Aan het Instituut voor Kunstnijverheid Onderwijs (Gerrit Rietveld Academie) heeft Huisman de opleiding tot industrieel ontwerper voor ceramiek in 1961 cum laude afgerond. Zij beperkte zich tot een traditionele wijze van het produceren via draaischijf, segerkegels en glazuurformules. Daarna was zij werkzaam aan de Staatliche Ingenieurs- und Werkschule fur Keramik te Hohr-Grenzhausen in Duitsland. Hier had Huisman ten doel om ceramische materialen te vinden die niet terug te voeren waren naar een geologische oorsprong. Dat werd beantwoord: hier ontstaan de eerste werken in vuurvast materiaal (post-ceramics). Echter daar kwam zij in een conflict. De school stelde: 'de fysische eigenschappen, welke de bruikbaarheid van kleimassa's en glazuur uitmaken, zijn elementair voor het doen functioneren van ceramiek'. Terwijl Huisman stelde: 'de visuele werking van kleimassa's en glazuren maakt de bruikbaarheid uit en is daarom elementair voor het doen functioneren van ceramiek. Ceramiek kende tot op dan geen andere 'ambachtelijkheid' dan het construeren op basis van de fysische eigenschappen van een ceramisch materiaal. Het enige wat Huisman kon bedenken als oplossing voor haar probleem, was te gaan beeldhouwen onder de werktitel 'vreemd gaan in beeldhouwen'. Midden jaren zestig reist Huisman naar de Amerikaanse Westkunst waar zij een ontmoeting heeft met de keramisten Voulkos, Takemoto en Mason. Conceptuele en mentale aspecten treden vanaf dat moment in het werk naar voren. Daar werd Huisman ook geconfronteerd dat iedereen beeldhouwt en dat ze vonden dat ceramiek een 'mistake' is. In 1968 introduceert Huisman de naam CeragenetiCs en maakt hiermee duidelijk dat het begrip ceramiek ruimer is dan pottenbakken, maar als een sociale participatie in het algemeen (bron: Hetty Huisman/Ceragenetics, Museum het Princessehof Leeuwarden 1978).

Tussen 1973 en 1975 neemt Huisman deel aan het In Out Center in Amsterdam met deelnemende kunstenaars: Michel Cardena, Ulises Carrión, Hreinn Fridfinnsson, Kristjan Gudmundsson, Sigurdur Gudmundsson, Marten Hendriks, John Liggins, Jim Melchert, Pieter L. Mol, Raul Marroquin, G.J. de Rook. Midden jaren zeventig geeft Huisman haar eerste boeken uit onder de naam Sarah Press en vanaf 1979 onder VOID Editions.






Hetty Huisman
(fragmenten uit: A monochronous in blue

'Ik heb nogal moeten krassen en herschrijven
maar zo gaat dat, voor ik het weet heb ik het
over dingen die jullie voor alsnog niet betreffen
maar mij als 'kunstenaar' dagelijks weer treffen')

In het kunstenaarsboek A monochronous ue in blue (Hetty Huisman en Sarah Void, Mededelingen nr. 31 Centraal Museum Utrecht 1978) gaat zij in op de vraag om als gastdocent op een afdeling Ceramiek te worden. De helft van het boek bestaat uit formulieren van het Centraal Museum, de z.g. mededelingen. Hierop getypte tekst en foto's. De andere helft bestaat uit losse aantekeningen van Huisman. Een soort studieboek: 'Knoei en stoeiboek nr. 2 voor alsnog aan mij onbekende studenten 78/79'.

Een samenvatting van de inhoud: 'Er is geen/Er valt geen individuele inhoud middels ceramies technieken/materialen/mechaniCa te ontwikkelen als men zich niet terdege bewust is van de Collectieve inhoud m.b.t. Ceramiek en de individuele afwijking en m.b.t. daartoe onderkennen kan en ontwikkelen wil vanuit het individuele. Ik heb meer dan genoeg bont en blauw gezien op grond waarvan ik bedank in een situatie te geraken waar ik niet het risico kan wegnemen meer en weer bont en blauw te zien. Verder deel ik de materiële geconditionering niet van een afdeling Ceramiek, noch qua cultuur opvatting in het algemeen noch binnen de academiese struktuur in 't bijzonder. Zulks maakt deel uit van een culturele ordening welke me vreemd is. Vandaar het volgende stempel: 'Aristotle shouldn't live here anymore'. Materiële geconditioneerdheid, iets wat ik ooit bestempelde voor mijzelf als: rol zonder waarde'. Want deze materiële geconditioneerdheid maakt het moeilijk te zien dat Ceramiek ook in spirituele/in de zin des geest, kortom geestelijk geconditioneerd is of wel 'gebonden' dan wel verbonden is met een oerverbeelding de mens betreffende. Wat ik dan in de allereerste plaats aan jullie moet vragen is iets wat ik rond 1968 deed n.l. de gehele materiële geconditioneerdheid te begraven/te bedelven onder het grint. Het goeiige van grint is dat het in de sedimentencyclus een stadium is dat klei vooraf gaat zodat men niet bang hoeft te zijn nooit meer aan klei te geraken. De gehele materiële geconditioneerdheid bedolven onder grint heeft aldus tot functie de vraag te ondersteunen en onderstrepen: hoe noodzakelijk is het iets in klei te objectiveren als men geen weet heeft van de collectieve inhoud welke aan het gehele keramiese procedé ten grondslag ligt'.



Hetty Huisman
(fragmenten uit: Ter bezinking)
'Het systeem van een binaire mengserie zoals die in glazuur research wordt toegepast om de werking van diverse grondstoffen in een glazuur te leren kennen, wordt in het kunstenaarsboek 'Ter bezinking' (VOID distributors Amsterdam 1982 oplage 150 gen./ges.) toegepast. Analyse: Grond en Water (Tekst). Een zwart- wit foto van grond wordt qua zwart dekking door acht gedeeld (twee keer vier elementen: land, lucht water vuur/ hemel aarde, mens en zijn goden. De grondvorm). De foto, het grond beeld is aan het begin exact het zelfde qua zwart dekking als aan het einde, daar tussen in wordt het nodige gedacht en gepuzzeld. Er hoort overigens nog een boekje bij in die serie, getiteld: 'In verhouding' een uitgave van cultureel centrum de Beijerd, Breda, 1984 (oplage 500 gen./ges.), daar stelde ik meer dan tachtig kunstenaars boeken tentoon, naast mijn gewone werk' (Hetty Huisman september 2011). 
Hetty Huisman
(fragment uit: Livre de terre no. 5)
Van 1970-1974 neemt Huisman contact op met de deelnemers aan de 'Unfired-Clay' show te Carbondale, Illinois, U.S.A. d.m.v. correspondentieproject 'Livre de terre'. Dit resulteert in andere vormen van mail-art en de organisatie op eigen atelier van tentoonstellingen van o.a. Walter Ostrom - 'Awal-T: glazuren per computer', David Zack - Nut art bibliography', Jim Melchert - 'Changes' en de Hollywood Clay Conference van Lowel Darling. Het project eindigt in het Stedelijk Museum te Amsterdam als 'Collectieve Livre de terre no. 6, angle of incidence'. Een overzicht hiervan is te bekijken op: VOID Editions.

Het kunstenaarsboek Livre de terre no. 5 : di chotomy digest : digeste di chotome (VOID distributors Amsterdam 1979 oplage 300) is hier nog een afgeleide van: 'Livre de terre no. 5, as a bi-lingual project-concept concerning the perspective of ceramics, considers 1970 as a year in which in the Netherlands the questionable perspective of ceramics got 'return to pottery' as a formal answer. As a description of a construction of a void with a ceramic material in this graphite, livre de terre no. 5 is carefully based within and upon the european ceramic tradition and determinated to be accessible to and of service to clay people who gathered together in Carbondale, Ill. U.S.A. the same year, to share the joy of unfired clay and and praeceramic existence and to those receptive to and/or working in the west coast ceramic tradition from 1954 on'.
Hetty Huisman
(titelpagina: CeramiC sayings and other forms of abuse)



Hetty Huisman
(fragmenten uit: CeramiC sayings and other forms of abuse)

woordenboek, woord voor woord wordt verwoord
door woord voor woord verword

In 'CeramiC sayings and other forms of abuse' (VOID distributors Amsterdam 1979) zijn op elke pagina uitspraken (in klad) met betrekking tot de keramiek vermeld: 'Met CeramiC sayings en ander gevloek wordt door mij niet meer maar ook niet minder bedoeld dan het visuele verslag c.q. het bijeenbrengen danwel doCumenteren van woordspelingen mbt het woord Ceramiek en CeragenetiCs zoals die vanuit mijzelf en als reaCtie daarop door anderen zijn ontstaan in de periode 1968 -1975. CeragenetiCs is het pseudoniem dat ik in 1968 voor mijn werk ben gaan gebruiken. CeragenetiCs is een samenvoeging van de woorden Ceramiek en genetiCa dat zoveel betekend als uit het pottenbakken voortkomend (Ceramix). Wat CeragenetiCs ten opziChte van Ceramiek (pottenbakken) mist is het nut als waarde waardering. Deze ‘Ceramisser’ kan in relatie tot verdere groei van Ceramiek als disCipline ‘Cerageniaal’ zijn, zoals iemand in het SM te Amsterdam opmerkte. Daar in Nederland en ook elders Ceramisten als soCiale en als Culturele Categorie weinig ‘geluidsvermogen’hebben en/ of worden toegedaCht, geeft de ‘Cera-sound’ een maximum en ‘Cera-povera’ een minimum aan. Opdat woordenwisselingen hun bedachtzame en vriendelijke intenties behouden als waarden, gebruik ik de woorden,

CeramiCe,
CeramiCable,
Ceramicablement,

SinCeramiCablement'.

Related Posts Plugin for WordPress, Blogger...